De dag van de analist | Arjen Agema

Mensen vragen wel eens aan mij: ‘Wat vind je nou de mooiste dag van ……?’ Dan noem ik altijd de dag van de tuberculose, jaarlijks op 24 maart. Vooral omdat daar een mooi verhaal achter zit. Die dag is namelijk niet willekeurig gekozen. Het is de dag dat de Duitse bacterioloog Robert Koch bekend maakte dat hij de verwekker van de tuberculose had ontdekt en dat hij deze verwekker zelfs kon laten zien aan de hand van gekleurde preparaten. Het was misschien wel de meest spectaculaire ontdekking in de microbiologische historie. Deze ontdekking wordt mooi beeldend beschreven in het boek ‘De dood overwonnen’ van Herbert Schrader.

‘In Berlijn valt op die avond van de 24e maart 1882 een kille motregen. Het Physiologisch Genootschap heeft een lezing georganiseerd. Het is geen bijzonder interessante bijeenkomst en er zal geen sensationeel onderwerp worden behandeld. Een hoge ambtenaar van het Bureau voor de Volksgezondheid zal over tuberculose spreken. De tachtig heren in de zaal verwachten niks bijzonders; ze zijn alleen uit gewoonte op het appél verschenen. De lezing begint niet anders dan verwacht; met algemene beschouwingen over de tuberculose, over het weinige dat men er van weet en het vele dat men nog niet weet. Maar dan begint de man met het donkere baardje en de bril met gouden montuur te vertellen over zijn experimenten. Dan klinkt, als een donderslag uit heldere hemel, het veelzeggende woord. De ambtenaar van de Volksgezondheid heeft een staafje gevonden, een kleine bacterie, waarvan hij beweert, dat het de tuberkelbacil is. Hoe heet die spreker eigenlijk, vraagt een grijze internist aan zijn buurman. Koch, alleen maar Koch, fluistert deze terug. Aan het slot van de lezing wordt er gelegenheid gegeven een blik te slaan op het preparaat onder de klaargezette microscoop. Tegen een bruine achtergrond blauwachtige streepjes. De kleine organismen zijn door het toepassen van een nieuwe kleurmethode zichtbaar gemaakt. Die blauwe staafjes zijn de verwekkers van de tuberculose, de volksziekte, die zoveel slachtoffers maakt. Het zijn tuberkelbacillen. Als dr. Koch rustig verklaart dat de tuberkelbacillen bij iedere teringachtige aandoening voorkomen, is er niemand die hem tegenspreekt…’

Het nieuws gaat de volgende dag als een lopend vuurtje door de medische wereld.


Nu is iedere dag wel de dag van iets; 27 februari is de dag van de ijsbeer, 14 maart is pi-dag, 27 maart, de dag van het gelijke loon (ik moet nog even uitrekenen of ik daar aan mee ga doen), 13 augustus dag van de linkshandigen en natuurlijk, 29 november St. Pannenkoek, de dag dat iedereen pannenkoeken hoort te eten. Sommige dagen worden fanatiek gevierd. Zo ken ik iemand die op de dag van de spatie weigert het toetje te eten als er op het pak vanille vla staat.


En vandaag, 15 april, is het de dag van de analist. Ik maak graag van de gelegenheid gebruik om in dit kader te vertellen hoe leuk microbiologie is. En hoe leuk het analistenvak is. Dat hoef ik niet eens zelf te verzinnen, want vorige maand verscheen een mooi boek met de titel ‘Zó leuk is microbiologie’, van biochemicus en microbioloog Ben Lugtenberg. In het boek wordt nog eens haarfijn uitgelegd wat er zo leuk is aan microbiologie. Want echt, micro-organismen zijn altijd leuk! Nou ja, behalve als je met corona of influenza A in bed ligt met koorts en zware keelpijn. Dan googelt ook de analist naar een snelle oplossing en broodnodige verlichting. De online dokter zegt: ‘Bij zware keelpijn in ieder geval goed drinken.’ Ja, denkt de analist dan, dát lukt nu juist niet! Heb je geen andere oplossing? Een pil, bij voorkeur zet. Een antibioticum? Nee, domoor, zou er nu in het achterhoofd van de analist moeten klinken, prudent use is het beleid en een antibioticum werkt niet tegen een virus! De analist met koorts heeft ze duidelijk niet goed op een rijtje.

Werken bij Certe
Werken bij Certe

Een analist zonder koorts wel. Die weet precies wat er moet gebeuren met het patiëntmateriaal dat er binnenkomt op de werkvloer. Voor een deel wordt er nog steeds gewerkt in de geest van Robert Koch, met traditionele technieken: patiëntmateriaal op een glaasje uitstrijken, kleuren en bekijken door een microscoop. Materiaal op voedingsbodems smeren, platen bebroeden in de broedstoof en de volgende dag kijken of er bacteriën groeien. En zo ja, deze bacteriën determineren en bepalen voor welke antibiotica ze gevoelig of resistent zijn.

Daarnaast doet de analist werkzaamheden die Koch in zijn stoutste dromen niet had kunnen bedenken. Bacteriën determineren met behulp van massaspectrometrie (supersnel, duurt een minuutje), specifiek DNA aantonen van bepaalde micro-organismen en daardoor bepalen welke ziekteverwekker er in het spel is (supersnel, vanochtend ingezet, vanmiddag de uitslag en met tientallen bepalingen tegelijk) en het met volledig geautomatiseerde systemen aantonen van antistoffen tegen ziekteverwekkers en zo indirect een infectieziekte bij de patiënt aantonen. Het werk van de analist heeft zo een duidelijke verschuiving doorgemaakt van veel repeterend handwerk naar het controleren en interpreteren van geautomatiseerde uitslagen.

Die wezenlijke veranderingen in werk maken dat het vak van analist een zeer dynamisch vak is. Een dynamiek die de afgelopen twee jaar is vergroot door de corona-pandemie. Veel extra werk, plotselinge wijzigingen in materialen, methodes en logistiek met tegelijk minder mensen op de werkvloer, omdat ook de analisten niet gevrijwaard bleven. Het is dan ook een klein wonder dat je nog zoveel vrolijke analisten ziet rondspringen op het lab. Het blijven toch liefhebbers van alles wat groeit en bloeit op de agarplaten.

Arjen Agema -  Analist bij Certe medische microbiologie Friesland | Noordoostpolder